Argentinië is in alle opzichten een fascinerend land. In de jaren vijftig behoorde het tot de tien rijkste landen van de wereld. Het is het land van de uitgestrekte pampas, van de zwoele tango, van de polosport, van de enorme biefstukken en de malbec-wijn en met het tweede grootste aantal psycho-analitici na New York City en met de beste en meest dynamische rockmuziek van Latijns – Amerika. Heel wat Vlamingen emigreerden na WO II naar dit verre land. Enkele vissers uit Oostende namen zelfs hun vissersboten mee en stichtten de gelijknamige stad. Argentiniê was het grootste gedeelte van de twintigste eeuw ook het meest geïndustrialiseerde land van Latijns – Amerika. Voor Vlaanderen blijft het in potentie een erg interessante afzetmarkt. Vanuit Argentinië kan men ook de buurlanden bewerken. Een echt industrieland is Argentinië niet meer, het blijft wel een grootmacht op landbouwgebied.
Politiek gezien heeft het erg woelige tijden meegemaakt. Generaal Juan Perron, eerst democratisch verkozen, werd nadien dictator. Bij zijn overlijden werd zijn tweede vrouw Evita even presidente. Zij waren één van de exponenten van het Perronisme, dat nog steeds bestaat. Evita verwierf op korte tijd een goddelijke status. Midden jaren zeventig nam een militaire junta het heft in handen tot einde jaren tachtig met heel wat bloedvergieten en schending van de mensenrechten tot gevolg. Het laatste decennium is politiek in handen geweest van de Kirchners, Nestor Kirchner president tussen 2003 en 2007 en zijn vrouw Cristina Fernandez de Kirchener, presidente tussen 2007 en 2015 die een uiterst links bewind voerden dat spoorde met het Chavisme, en de politiek van Lula da Silva (Brazilië), Correo (Ecuador) en Evo Morales (Bolivië). Momenteel voert president Maccri een neo-liberale economische koers.